6. Berghol
09-07-2020
In de bergen van Tirol.
Was er een heel groot hol .
Daarin
woonde er een beer.
En sliep hij bij slecht weer.
Hij bracht
daar gans de winter door.
En stoorde zich nergens voor.
Het was
zijn huis en hoom.
Daar ruste hij lui en loom.
En als de lente
kwam.
Voelde hij zich stram.
Dan had hij honger en dorst.
En
krabde hij zich op de borst.
Waggelend ging hij dan naar
buiten.
Waar de vogeltjes zaten te fluiten.
Daar zocht hij zijn
kostje bij elkaar.
Al snuivend langs hier en daar.
Gretig at
hij zijn buikje vol.
Maar kwam telkens weer naar zijn hol.
Dat
heeft hij heel zijn leven gedaan.
En nooit is hij ergens anders
naartoe gegaan.
Hij voelde zich daar goed in Tirol.
Tevreden en
gelukkig in zijn hol.
Louis Victor, 1998