30. De trouw

18-07-2020

Proficiat met de trouw van uw zoon.
Zo wensen ze u toe.
Want zo zijn ze dat gewoon.
En dan zeg je dank je wel of merci.
Maar wat je daarbij voelt
dat weten ze nie.
Je bent wel blij voor hun jong geluk.
Maar van jezelf verlies je iets.
En diep in je hart voel je die druk.
Omdat hij u gaat verlaten.
Onder uw dak vandaan.
En je aanvaard het maar gelaten.
Want ge gunt hen immers hun eigen leven.
Maar eenmaal weg van huis
kunt ge hen geen raad meer geven.
En je bent bang.
Omdat je weet wat hen wacht.
En een traan glijd langs je wang.
Maar met de rug van je hand veeg je ze weg.
En je lacht de mensen toe.
Wat zouden ze wel denken zeg.
En je wilt maar vrolijk doen.
Van hei hier en hallo daar.
Want huilen mag immers niet voor het fatsoen.
Van zo'n klein ukje heb je hem op zien groeien.
Tot een jonge man.
En heb je hem op zien bloeien.
Soms in ziekte en pijn
heb je angsten uitgestaan.
Alleen denkend aan zijn welzijn.
Je hebt voor hem gewerkt en gezwoegd.
Al je eigen plannen
voor hem vertraagd of vervroegd.
Altijd werd met hem eerst rekening gehouden.
Het was niet altijd makkelijk.
Maar toch heb je vol gehouden.
Je had immers steeds zijn welzijn in 't oog.
Ook al moest je de eindjes aan elkander knopen.
Hoe zwaar het je ook woog.
Maar ja nu gaat hij ons verlaten.
'T is nog altijd veel te vroeg.
Ook al hadden we het al lang in de gaten.
Maar ge laat hem niet graag gaan.
Hij is tenslotte onze zoon.
Een deel van ons bestaan.
Je kunt hem wel begrijpen.
Je bent zelf ook je eigen weg gegaan.
Maar 't moet nog even rijpen.
In gedachten zie je weer zijn jeugd.
Zijn eerst woordjes.
Zijn eerste kreet van vreugd.
De pasjes die hij voor 't eerst heeft gezet.
Zijn eerste spelletje piepedoe.
Van achter een stuk gazet.
Hoe zalig hij in uw armen heeft gesoesd.
Een luidruchtig boertje liet.
Nadat hij zijn flesje had uitgeloesd.
Hoe zijn kleine vingertjes verstrikten in uw haar.
Uw gezicht aftaste.
Misschien vond hij het wel raar.
Allemaal heerlijke momenten in het leven.
Je had zoveel voor hem willen doen.
Hem zoveel willen geven.
Maar ja we zijn maar werkmensen.
En kunnen niet altijd geven.
Wat we eigenlijk wel wensen.
Een grote troost hij is toch gezond.
En je hoopt, blijf toch verstandig.
Met je twee voeten op de grond.
En nu ze toch trouwden.
Hoop je dat ze gelukkig zijn.
En veel van elkander houden.

Louis Victor

© 2018-2021 Louis Victor. Alle rechten voorbehouden.
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin