51. Gij tijd
Waarom ren je en gier je toch zo voorbij.
Gij rusteloos
vluchtende niets ontziende tijd.
Heb je soms geen beetje speciale
aandacht voor mij.
Kan het bij wee niet vlugger en trager als ik
ben verblijd.
Wil je mijn verdriet niet vlug voorbij laten
gaan.
Maar juist dan als leed ons deert
Doe jij gewoon of we
niet bestaan.
En tik je door in uw eigen ritme ongegeneerd.
Zijn
we echter vrolijk blij en gelukkig.
Dan rem je geen beetje en tik
je door en door.
Je houd geen rekening met ons en blijft
nukkig.
En al wat we opbouwen gaat door u teloor.
Kon ik u
maar grijpen en zetten naar mijn hand.
Dan pas was het leven
heerlijk.
Vlug en traag als ik het wil dan was het plezant
Dat
idee alleen al is begeerlijk.
Maar 'k ben nog juist tot het
besef gekomen.
Dat wanneer ik verdriet heb, een ander is
verblijd.
Dat je niet mag vertragen of vlugger vooruit mag
komen.
Doe gewoon uw werk, ga voorbij zoals altijd.
Louis Victor