71. Mijn huisje

Mijn huisje, mijn oude huisje van toen
Een beetje ingezakt met witgekalkte muren
En groen-witte blinden aan de ramen
Met één buitendeur helemaal in 't groen

Een woonplaats die ook als keuken diende
Met links ervan een grote slaapkamer
En rechts van de keuken een kleinere
Die de naam slaapkamer niet verdiende

Alleen een bed kon er in en een oude divan
En een kinderbedje maar mini-klein
Maar dat kinderbedje kwam later pas
En daar sliepen wij als vrouw en man

Naast ons slaapplaats was er de schuur
Met daar boven een duiventil
Waar roedekoerende duiven verbleven
En daarnaast de wc nog oud en puur

Met houten zitting en een groot gat er in
Met houten deksel met een bobbeltje op
Dat diende natuurlijk als handgreep
Aan de muur een rol wc papier op een pin

Sloeg je de hoek om had je nog twee deuren
Een die toen diende als varkenskot
Daarnaast was er nog een klein stalletje
Met een deur waaraan je moest sleuren

Keerde je tot aan de keukendeur terug
De grote slaapkamer voorbij tot het eind
En sloeg aan 't einde van de muur om
't Was toch niet zo ver je was er vlug

Aan 't einde van de gevel was weer een deur
Dat diende in die tijd als kiekenhok
Enkele kippen maar hoor, da was genoeg
Dat gaf niet teveel werk of gesleur

Haja ik zou het nog vergeten ook zeg
Halverwege de gevel zat een venster
Dat was het ongeveer dan voor buiten
Dus keren we nu terug langs dezelfde weg

En stappen nu gewoon de keuken binnen
En lopen naar de tegenovergestelde muur
Daar zit dan weer een bleekblauwe deur
Die openen we dan maar om te beginnen

Daar stond de diepvriezer en het gasvuur
Met vlak achter de deur de gewelfkelder
Daar zetten wij de bakjes met appels in
Maar die waren in 't begin nog wat zuur

Van eigen kweek dan nog wel die bewaren
En ja aardappelen en zo 't één en 't ander
Maar boven naast de kelder was de pompsteen
Waar we dus de vaat moesten klaren

't Was allemaal klein en veel luxe was er niet
Maar! We waren daar gelukkig en content
We waren zo jong, we leefden voor elkaar
We hadden geen zorgen of verdriet

We hadden een mooie tijd in dat huisje daar
We gingen altijd samen uit en samen in
Zag je haar dan zag je mij en omgekeerd
Zag je mij ergens dan zag je ook haar

Samen op de brommer tuften we overal naartoe
Dikwijls ook naar de cinema een film bekijken
En zelfs naar Brugge gezellig gaan winkelen
Tot we weer huiswaarts keerden voldaan en moe

Ja we hadden een schone tijd in ons klein huisje
Toen kwamen er kinderen je weet hoe dat gaat
Het huisje werd stilaan te klein, door de aangroei
Er kon niets meer bij, zelfs geen muisje

Toen bouwden we een nieuw huis die groter was
En het oude moest helaas tegen de grond
Anders mochten we geen nieuw bouwen
Een siertuin werd aangelegd met struiken en gras

Dat was het einde van ons ouwe trouwe huisje daar
Ik heb nu alleen nog maar een foto ervan
Van het huisje waar we zo gelukkig waren
Ik kijk er nu nog steeds met een glimlach naar

Louis Victor, 2011